De magische muur

De magische muur – Extra info

Evolutie

In de loop der eeuwen is de mens steeds verder gaan evolueren. De eerste mens vindt zijn oorsprong in Afrika, meer bepaald rond Ethiopië en draagt de naam: ‘Australopithecus’. In 1974 werden er resten van een lichaam teruggevonden. De archeologen gaven haar de naam ‘Lucy’ mee.
Deze mens leefde zowel op het land als in bomen.

De herseninhoud van de mens werd steeds groter, en we werden dus steeds slimmer. De Homo Habilis ging als eerste mens werktuigen vervaardigen waarmee hij kon snijden.

De Homo Erectus was de eerste die echt rechtop ging lopen. Hij was ook de eerste die Afrika zou verlaten om andere continenten op te zoeken. Om het overleven mogelijk te maken, beschikte hij over meer verstand dan zijn voorouders.

De Homo Sapiens staat voor de denkende mens. Dit is eigenlijk het stadium waar we nu inzitten. Deze mensensoort kunnen we nog onderverdelen in twee ondersoorten.
De Homo sapiens sapiens: De mens die nu nog steeds leeft.
De Homo sapiens neanderthalensis: De Neanderthaler

Grotten en Neanderthalers

In Europa leefden eerst voornamelijk Neanderthalers. Zo’n 100.000 jaar geleden zette de Neanderthaler voor het eerst een voet op Europese bodem tot ze zo’n 30.000 jaar geleden om een nog onverklaarbare reden uitstierf. Deze voornamelijk kleine mensen (ongeveer 1m60) leefden in grotten. De bekendste grot is die van Lascaux in Frankrijk. Naar het schijnt zou de Neanderthaler grotere hersenen hebben gehad dan de Homo Sapiens .

De Neanderthaler had buiten een vrij kleine gestalte ook nog een zware kaak, kleine tanden en uitgesproken wenkbrauwen. Het waren jager-verzamelaars. Als er geen grot in de buurt was, trokken de Neanderthalers hun huizen op uit dierenhuiden, botten en stro of hout. Op die manier zaten ze goed beschut tegen de kou en de wind.

Grotten werden bij voorkeur uitgekozen op basis van hun ligging. De aanwezigheid van water en vuurstenen was een pluspunt, maar bovenal moest er voedsel aanwezig zijn. Indien mogelijk koos de groep een grot die hoog in het landschap lag om een overzicht te hebben en potentiële prooien makkelijker op te kunnen sporen.

De Neanderthalers zouden ook het eerste volk zijn geweest dat hun mensen begroef. De graven werden opgefleurd door middel van bloemen en geweien. In 1856 werd het eerste lichaam van een Neanderthaler gevonden waarbij men aanvankelijk dacht dat het om een strijder van Napoleon ging.

Jagen en verzamelen

Algemeen wordt aangenomen dat de mannen in groep gingen jagen terwijl de vrouwen bessen of knollen verzamelden en op de kinderen pasten. Dat jagen deden ze met een speer die ze op een op een andere kleinere stok plaatsten. De zogenaamde ‘speerwerper.’(cfr. foto achteraan de speer). Op die manier kon men wel tot 70 meter werpen. Neanderthalerinfo 907

 

Om een mammoet te verschalken pasten de jagers verschillende methodes toe; ze dreven de giganten tegen een rotswand en gooiden er vervolgens stenen op; ze groeven een kuil en lieten de mammoet erin lopen; ze lieten het dier in een moeras vastlopen of ze dreven de mammoet in een ravijn.

Huiden bewerken

Om warm te blijven bewerkte de mens dierenhuiden. Dit gebeurde meestal rond het kampvuur. Eerst werd het dier gestroopt en het vlees opgegeten. Daarna werd de huid opgespannen aan een houten raam zodat ze stijf en broos werden. Op die manier konden ze het overgebleven vlees en vet ook makkelijk terug verwijderen. Om de huiden vervolgens terug soepel te maken liet men ze roken boven het vuur en om de huiden beter te bewaren werden ze met oker ingesmeerd. De volgende stap in het productieproces is het naaiwerk. Vrouwen sneden gaten in de huiden en maakten de nodige stukken terug aan elkaar vast door middel van leren riempjes en/of pezen.

Vuur maken

Een essentieel bestanddeel om vuur te maken was de vuursteen. Deze vuurstenen kon men gemakkelijk vinden bij de rivier. Door de vuurstenen tegen elkaar te slaan kwamen er vonkjes tevoorschijn. Als voedingsbron werden elfenbankjes tot poeder vermalen. Dat poeder werd op een schors gelegd terwijl men er vonkjes op liet vallen en zachtjes blies. Na eventjes blazen kwamen er vlammen tevoorschijn. Het vuur werd gebruikt als verwarming, voor de bereiding van voedsel en dieren werden ermee op afstand gehouden.

Koken en bakken

Zoals hierboven al aangehaald werd, werd vuur ook gebruikt als middel om voedsel te bereiden. Eerst werden er stenen in het vuur gelegd, daarna wachtte men tot ze gloeiendheet werden om er vervolgens vlees op te bakken. De hete stenen gebruikte men ook om water aan de kook te brengen; ze werden in een leren zak met water gegooid en eenmaal dat het kookte, werden er knollen en wortels bijgegooid.

Tekenen op de rotswand

Ongeveer 30.000 jaar geleden begon de mens met het produceren van tekeningen op de rotswanden. De beroemdste tekeningen zijn terug te vinden in de grotten van Lascaux in Frankrijk en Altamira in Spanje. Grotten lagen in het donker en men had licht nodig om te kunnen tekenen. Daarvoor gebruikte men speciale stenen lampen; men stak dierenvet in brand in een stenen schaaltje dat men kon vasthouden via een handvat. De lamp gaf genoeg licht om mooie tekeningen te kunnen maken. De grotbewoners gebruikten verschillende stoffen om kleuren te maken. Naast houtskool, om zwart te maken, gebruikte men ook kalk en ijzeroxide voor respectievelijk wit en rood. Naast tekeningen werden er ook beeldjes van beenderen en klei gemaakt.

Werktuigen

De vuistbijl is het bekendste werktuig en werd gebruikt om vuurstenen mee te splijten. Met de hamersteen (een harde massieve steen) en de geweihamer werden er kleine scherpe stukjes steen van de grotere afgeslagen. Die stukjes dienden als schrabber of mes. Schrabbers werden gebruikt om de huiden klaar te maken voor gebruik zoals hierboven beschreven.

Bronnen: Mijn eerste boek over de oertijd Mararet Hynes Gottmer.Haarlem 2003
De eerste mens N.Harris, C. Aston, E. Godfrey. S. Hartley Casterman 2004
Prehistorie S. Goldie en P. Picq Davidsfons/infodock 1999
Bezoek aan het Gallo-Romeins museum Tongeren met onder andere de tentoonstelling Doe de prehistorie 25/06/2014.